Voor het weekend van 14 en 15 maart plande ik spontaan een paar dagen van te voren een tripje naar Grecia. Ik wilde eigenlijk naar Sarchí, omdat ik had gelezen dat ze daar door het hele dorpje bijzondere kunst hadden, maar omdat de bus naar Grecia vaker ging besloot ik daar eerst heen te gaan en daar ook te overnachten. Vanuit Grecia zou ik dan op en neer naar Sarchí gaan, wat maar 20 minuutjes van elkaar af lag.
Zaterdagochtend 14 maart stapte ik dus weer in de bus, deze keer richting Grecia. In Grecia had ik afgesproken met Nick, dus meetten we elkaar weer in een mooi stadspark. Van Irian had ik een heleboel tips gekregen over wat te doen en waar te eten, dus zetten Nick en ik gelijk koers richting de markt. Na een hele omweg te hebben gemaakt kwamen we uit bij de markt, die niet veel lokaler kon zijn dat dit. Bij elk kraampje verkochten ze praktisch hetzelfde, namelijk verschillende soorten groenten en fruit. Wij besloten echter voor een lekkerdere (en ongezondere) lunch te gaan; churros. Die had ik in al die weken nog niet gehad, dus het werd hoog tijd voor deze heerlijkheid. Terwijl we onderweg de churros opaten, liepen we richting het hostel waar ik die avond zou verblijven. Hier ontmoetten we een Nederlandse vrouw die voor de liefde naar Costa Rica was gekomen en nu al 6 weken in het hostel van haar man werkte. Super toevallig!
Online had ik gelezen over een Snake World (met allemaal slangen, obviously) en over een Butterfly Farm. Na nog wat verder onderzoek met de Nederlandse eigenaresse kwamen we erachter dat de Snake World permanent gesloten bleek. Ook raadde zij aan om de Butterfly Farm te combineren met Sarchí, waar ik de volgende dag heen zou gaan. Uiteindelijk stelde zij voor dat we naar Zoo Ave zouden gaan. Dit is een dierentuin/opvang combinatie. Het ziet er dus uit als een dierentuin, maar er zitten alleen dieren die zijn gered van mishandeling of andere slechte leefomstandigheden. Nick en ik waren overtuigd, dus bestelden we een uber om (met een hele gezellige chauffeur) na een halfuur aan te komen bij de dierentuin.
Aangezien Corona toen al wel behoorlijk aanwezig was en het ook werd afgeraden om nog allerlei dingen te ondernemen, was het super rustig in de dierentuin. Ik had ook nog even getwijfeld of ik dit weekend wel ergens heen moest gaan, maar aangezien er toen pas een aantal besmettingen waren in Costa Rica, en de kans dat ik in Finca Escalante besmet zou raken (met al die buitenlandse toeristen die daar elke dag kwamen) ongeveer net zo groot zou zijn als in de bus of in het hostel in Grecia, besloot ik toch gewoon te gaan. In de dierentuin zagen we ontzettend veel vogels, waaronder de Quetzal. Sommige van de vogels konden gewoon vrij door het park vliegen, andere zaten in grote kooien. Een ander dier dat ook gewoon kan gaan en staan waar die wil in deze dierentuin, is de leguaan. En daar waren er nogal wat van. Je moest oprecht goed opletten dat je niet over ze zou struikelen, ondanks dat ze behoorlijk groot en opvallend zijn. Het park was niet zo groot, dus we waren er al vrij snel doorheen, maar het was toch een heel leuke besteding van onze middag. Bij de uitgang van de dierentuin namen Nick en ik weer afscheid, hij ging weer terug naar zijn huis in Alajuela en ik ging weer naar het hostel in Grecia.
's Avonds ging ik dus in mijn eentje uiteten in Grecia. Dit had ik pas één keer eerder gedaan, de eerste avond dat ik in San Jose was. Toen had ik echter nog mijn e-reader mee. Nu had ik dat dus niet, en toen bleek ik ook nog door mijn tegoed van mijn simkaart te zijn, dus was mijn telefoon ook nutteloos. Maar goed, ik heb me prima vermaakt met de enorme tacobowl die ik had besteld en het kijken naar mensen die langs het raam liepen waar ik naast zat. Na dit heerlijke diner heb ik nog een tijd met mijn Franse kamergenoot gepraat, voornamelijk over het feit dat we (toen nog) dachten dat Corona niet zo ernstig was als dat ze in de media zeiden, etc. Nu weten we (of in ieder geval ik, haar heb ik nooit meer gesproken daarna) wel beter natuurlijk.
De volgende ochtend heb ik in mijn eentje heerlijk ontbeten met een mega kop cappuccino en een omelet. Daarna ben ik gelijk door gegaan naar de bus, om een halfuurtje later in Sarchí uit te stappen. De Nederlandse eigenaresse had me verteld waar ik op moest letten om te weten wanneer ik moest uitstappen voor de Butterfly Farm (dat probleem met haltes enzo was nog steeds een ding). Toen ik op mijn Google Maps zag dat ik in Sarchí was maar nog steeds deze herkenningspunten niet had gezien, had ik het idee van de Butterfly Farm al opgegeven. Toen ben ik dus maar gewoon ergens uitgestapt en in een willekeurige richting gaan lopen. Alsof het zo moest zijn, zag ik al snel een heel groot rad met daarbij het bordje "Butterfly Farm". Ik had het per ongeluk toch gevonden, haha! De farm zat heel goed verstopt aan het einde van een doodlopende weg, aan de onderkant van een heuvel. Bij de "receptie" betaalde ik een paar duizend colones (ongeveer €3) voor toegang inclusief een privé gids. De farm was heel klein, slechts één ruimte, maar mijn gids vertelde me (in het Spaans) super veel interessante informatie over vlinders. Hij pakte ook vlinders zo bij hun vleugels om ze vervolgens op mijn arm neer te zetten voor foto's.
Na mijn bezoek aan de vlindertuin, liep ik naar binnen bij een van de souvenirshops van het dorpje. Deze winkel was echt reusachtig, en stond helemaal vol met van alles en nog wat, zelfs meubels en de oxcarts waar Sarchí bekend om staat. Ik dacht van te voren dat op elke hoek van de straat en daar tussenin zulke souvenirshops zouden zijn, maar dit viel een beetje tegen. Eigenlijk was het een heel normaal, klein dorp met verder niet veel te doen of zien. Na de lunch ging ik door voor een ijsje als toetje (het was bloedheet), waar ik in gesprek raakte met de eigenaar. Hij vertelde me dat er verderop nog een souvenirshop zat met daarbij een werkplaats, waar de oxcarts nog steeds worden gemaakt.
Aangekomen bij de andere winkel werd ik weer overweldigd door alle verschillende soorten souvenirs. Ik heb hier zelfs een kleine kerstbal met daarop "Pura Vida" gekocht! Achter de shop was een binnenplaats met achterin de werkplaats. Hier werd ik direct aangesproken door een van de werknemers, wat maar weer bevestigd hoe aardig en geïnteresseerd de Tico's zijn. Met deze man, Johan, heb ik een hele tijd gepraat over Costa Rica en over Nederland. Hij heeft namelijk een vriend in Nederland wonen en kende zelfs een paar woorden in het Nederlands. Na een tijd gepraat te hebben, mocht ik ook een bloemetje schilderen op het stuk hout waarop hij aan het werk is. Ooit komt er dus een oxcart in die shop te staan met mijn bijdrage, hoe leuk! Uiteindelijk gaf hij mij zijn e-mailadres, en dus kreeg ik een paar dagen later een mailtje dat begon met "Hoi Manon, hoe gaat het met je?" (in het Nederlands dus). Ik ben nog steeds verbaasd dat je zo gemakkelijk mensen leert kennen als je alleen op reis bent, en al helemaal als je de taal (redelijk) spreekt. Uiteindelijk maakte deze ontmoeting met Johan mijn tripje naar Sarchí helemaal goed.
Comentarios