Ondanks dat ik hier pas drie weken ben, heb ik nu al prachtige dingen van Costa Rica mogen zien. Zo ging ik zaterdag 15 februari met een aantal mensen van AIESEC naar de hoogste vulkaan van Costa Rica, de vulkaan Irazú. De Mexicaanse jongen met wie ik de week ervoor een drankje had gedronken stelde voor om hier naartoe te gaan, en nadat we een berichtje in de groepsapp hadden gegooid met ons plan, sloten ook nog een Argentijns meisje, een Mexicaans meisje en een jongen uit Bolivia zich aan. Een makkelijkere manier om nieuwe mensen te leren kennen is er bijna niet.
15 februari nam ik dus de bus van 8:00 (tevens de enige bus van die dag) richting de vulkaan. Het was een directe bus, dus lekker makkelijk, en maar 2000 colones, wat neerkomt op ongeveer €3 voor een rit van ongeveer 1,5 uur. Helemaal top geregeld dus. Onderweg genoot ik van het prachtige uitzicht over de bergen van Costa Rica. Ik werd ook gelijk geconfronteerd met hoe anders het openbaar vervoer hier is. In de bussen hangen er namelijk geen tv's met de volgende haltes en er wordt ook niks omgeroepen. Je moet dus gewoon gokken dat als je op stop drukt, de volgende "halte" ook daadwerkelijk jouw halte is. Nu zet ik halte tussen aanhalingstekens, omdat ze hier niet echt aan haltes doen. Mensen gaan gewoon langs de kant van de weg staan en hopen dat de bus voor ze stopt als ze hun hand opsteken. Als je op stop drukt, wordt je ook op de meest random plekken langs de kant van de weg eruit gezet. De buschauffeur doet de deur ook vast een paar meter van te voren open, want dat scheelt tijd denk ik. Toen wij de bus richting Cartago wilden pakken, vroegen we aan een paar mensen bij een kraampje waar de bus stopt. Toen zeiden ze: "daar waar die hond nu loopt". Dat was dus gewoon langs de weg, niks geen bordje of bushokje was in de verste verte te bekennen. Maar de bus stopte gelukkig inderdaad voor ons.
Bij de vulkaan voegde ik me bij de anderen, nadat ik eerst $15 had betaald voor de entree. Ik hoopte dat ik ze nog kon overtuigen met een goed Spaans accent dat ik eigenlijk Costa Ricaans was, want dan is het een heel stuk goedkoper. Maar helaas, ik kreeg een kaartje in mijn hand gedrukt met "non-resident" en was $15 armer. Blijkbaar moet je je ID laten zien als je uit Costa Rica komt. Jammer dus. De vulkaan was wel echt heel spectaculair. Je liep letterlijk boven de wolken. Helaas was het dus zo bewolkt dat we vanaf de top niet de beide oceanen konden zien, maar gelukkig was de krater wel super goed te zien. Helemaal beneden was ook nog een groen meer, maar die was eigenlijk niet te zien vanachter het hek dat ze hadden neergezet. Door de hoogte waaide het ook behoorlijk hard, dus ik was blij dat ik een vest mee had genomen. Ik zag echter ook mensen met handschoenen en een muts, wat ik dan wel weer een beetje overdreven vond. Na een wandeling langs de krater en weer terug over het grote zandstrand waren we een uur verder en hadden we het dus eigenlijk wel gezien. $15 voor dit uurtje vond ik uiteindelijk wel behoorlijk prijzig, maar anders had ik niet de gekke sensatie van boven de wolken lopen gevoeld.
Na een korte pauze bij het enige restaurantje namen we de bus naar Sanatorio Durán. Vroeger was dit een ziekenhuis voor Tuberculose patiënten en voor mensen met mentale issues. Later werd het nog een weeshuis en een gevangenis. Nu is het helemaal vervallen en verlaten, maar de legende gaat dat er nog steeds geesten ronddwalen. Ik vond het persoonlijk niet echt een creepy sfeer hebben, het zag er alleen interessant uit, maar het Argentijnse meisje kreeg er helemaal de kriebels van. Voor de prijs (1500 colones/€2,50) was dit een stuk beter, want we waren er zeker twee uur zoet.
Na het bezoek aan het Sanatorio gingen we door naar Cartago, wat vroeger de hoofdstad van Costa Rica was. Hier bezochten we een basiliek, die zowel van binnen als van buiten prachtig was. Binnen zag ik ook hoe religieus de mensen hier nog zijn, want mensen van alle leeftijden (dus ook kinderen) schuifelden op hun knieën stukje bij beetje naar voren richting het altaar.
Na nog een stuk door het centrum van Cartago gelopen te hebben, splitsten we ons op en ging ik mee met de Mexicanen naar de host family van een ander Mexicaans meisje. Enige jammere was dat we nog twintig minuten door de brandende zon moesten lopen om bij haar te komen. Daar was zij, samen met een andere Mexicaanse vriendin, al druk bezig met de voorbereidingen van typisch Mexicaans eten. Dit alles was voor de global village van AIESEC die die avond zou zijn in San Jose. Eerst dacht ik dat ze broodjes met Nutella besmeerden, vervolgens daar mozzarella overheen strooiden en ze toen in de oven stopten. De Nutella bleek uiteindelijk een soort van bruine bonen pasta te zijn, en in combinatie met mozzarella en een soort salade was het heerlijk.
's Avonds gingen we dus naar de global village van AIESEC, waar heel veel studenten eten hadden meegenomen uit hun eigen land. Ik had niks meegenomen omdat ik ze niet wilde dwingen om stamppot te eten terwijl er ook zoveel andere lekkere dingen waren, en omdat stroopwafels niet echt makkelijk te vinden zijn hier in de supermarkt. Het was wel een super gezellige avond, waar ik weer heel veel mensen uit verschillende landen heb ontmoet. Er werd gedanst, gezongen en gegeten, dus wat wil je nog meer.
Zaterdagen zijn voor avonturen, dus ging ik er afgelopen zaterdag weer op uit. Deze keer had ik een AirBnB experience geboekt, samen met een Nederlandse jongen die ik heb leren kennen via een Facebookgroep voor reizigers in Costa Rica. Om 6:00 ging dus de wekker, want om 7:00 stond er een uber voor mij klaar die me naar het busstation bracht. Vanaf daar pakte ik de bus naar Heredia, op iets meer dan een halfuur van San Jose. Hier ontmoette ik Nick, en samen wachtten we op onze gids Jeff. Hij nam ons mee naar het bos/de jungle om daar vervolgens een vier uur durende hike te maken. Uiteindelijk hebben we maar 4 kilometer afgelegd, maar door het klimmen en dalen was het nog een behoorlijke uitdaging. Sommige stukken waren ook super modderig, wat ik zelf minstens vier keer aan den lijve ondervond toen ik er vol in gleed. Zonder de nordic walking stokken die we van Jeff kregen, was dit ook sowieso nog veel vaker gebeurd. De hike was wel ontzettend mooi, ook al keek ik ook vooral veel naar beneden om maar niet te vallen of uit te glijden. De twee watervallen die we onderweg zagen waren wel echt prachtig. Je kon ook merken dat Jeff deze trail al heel vaak had gelopen, vooral op het moment dat hij op een random moment een machete tussen de bomen vandaan viste. Zo volgden wij de man met de machete dwars door het oerwoud, heel Tarzan-achtig. Op een gegeven moment zei hij zelfs dat we aan een liaan naar de overkant van de rivier moesten zwaaien, wat godzijdank een grap bleek.
Na de behoorlijk vermoeiende hike (ik had spierpijn de dagen erna!) kregen we nog een heerlijke lunch in het centrum van Heredia bij een Colombiaanse/Costa Ricaanse soda. Ik koos voor patacones, wat een soort geroosterde banaan is met daarbovenop bonen pasta, guacamole, maïs, en chips. Heer-lijk. We kregen er ook nog een super gezonde smoothie in een bierpul bij, dus hadden we onze vitaminen ook weer binnen.
Na de lunch namen we afscheid van Jeff, en maakten Nick en ik nog een wandeling door het centrum van Heredia. De stad is niet zo heel groot, maar we kwamen nog wel bij een overdekte markt uit en zagen toch een paar mooie gebouwen. Na de wandeling waren we wel weer even toe aan rust, dus chillden we op een bankje in het park. Hier werden we benaderd door een man die zei dat hij een goochelaar was en ons een truc wilde laten zien, maar daar geen geld voor wilde. De trucs waren serieus goed, ik was echt verbaasd omdat ik er bovenop zat en zelfs meedeed en toch niet zag hoe hij het nou deed. Uiteindelijk kwam natuurlijk toch de pet tevoorschijn, dus heb ik hem maar wat kleingeld gegeven waar ik anders toch nooit van af zou komen.
Na een tijdje besloten Nick en ik allebei weer richting huis te gaan, hij naar Alajuela en ik naar San Jose. Een bus vinden naar San Jose bleek alleen nog een opgave. Hoewel, de bussen waren zo gevonden, maar eentje vinden die ook daadwerkelijk een chauffeur had en enige aanstalten maakte om binnenkort te vertrekken daarentegen was een uitdaging. Uiteindelijk vond ik een bus die me voor nog geen euro mee terug nam naar San Jose, waarin ik tot het eindstation bleef zitten. Dat we het eindstation hadden bereikt had ik alleen niet door, vanwege de afwezigheid van het aankondigen van bushaltes dus, dus bleef ik gezellig zitten. Toen zei die buschauffeur tegen een andere man "dat er zo'n muchacha (meisje) maar blijft zitten". In plaats van dat nou even tegen mij direct zegt: "hé, we zijn er, you gotta go". Toen ik uitstapte zag ik ook nog een man onderuitgezakt slapen in de bus, wat ik vervolgens tegen de buschauffeur zei, maar "no" is het enige dat ik terug kreeg. Okay, dan niet, haha. Met een uber kwam ik tien minuten later weer veilig thuis aan, waar ik direct mijn vieze schoenen en broek inwisselde voor schone en comfortabele kleding en op de bank plofte. Wat een intense maar heerlijke dag weer, laten er nog maar veel van zulke komen.
Natuurlijk ben ik bevooroordeeld maar wat schrijf je goed, zo heerlijk om te lezen!